Levensverhalen
Diner voor één
De schil krult losjes in haar hand en belandt als een spiraal op de houten keukentafel. Ze heeft het nog altijd in de vingers. Ondanks de reuma is dat iets wat niemand van haar afneemt. De kracht in haar benen, haar gehoor, het zicht... alles wordt geleidelijk minder, maar een gedegen huisvrouw is ze nog steeds.
Vanochtend was ze ineens op het idee gekomen, vertelt ze. Bij het passeren van een groentezaakje in het dorp. Ietwat terughoudend had ze het kleinste zakje aardappelen gekocht en in het mandje van haar rollator gelegd. Hoe lang geleden had ze voor zichzelf gekookt? Vijf jaar toch zeker. Ik glimlach als ze vertelt over de flauwe aardappelpuree van tafeltje-dekje waarvoor haar kinderen haar na de dood van haar man hadden opgegeven. Ze trekt haar neus op. “Nee, vandaag ga ik weer eens ouderwets voor mezelf koken.”
We zitten aan de keukentafel. De kom met de aardappelen schuift ze terzijde. “Dit klusje maak ik straks wel af,” zegt ze, “want daar ben je tenslotte niet voor gekomen.” Ik merk echter dat het haar niet los laat. Ze speelt met de aardappel in haar hand. Een knoestig exemplaar met overal bulten, net als de knokkels op haar hand. “Vroeger waren ze beslist niet zo schoon” zegt ze en vertelt over de aardappels die ze als klein meisje samen met haar opa rechtstreeks van het veld haalde. "Die dikke laag zand die we eerst moesten verwijderen! Ik zie het mezelf nog doen. "
Het mooie van mijn vak als tekstschrijver is dat ik steeds weer een inkijkje krijg in iemands leven. We komen langzaam op het onderwerp waarvoor ik kwam: haar ervaringen met personenalarmering. Ik maak aantekeningen voor mijn artikel. Maar het echte verhaal is al verteld. Het is een verhaal over ouder worden en steeds meer moeten inleveren. Een verhaal over eenzaamheid, dat achter zoveel voordeuren schuilgaat.
Het echte verhaal is al verteld. Het is een verhaal over eenzaamheid.
Hoeveel aardappels zou ze in haar leven hebben geschild, denk ik, terwijl ik naar haar kijk. Acht kinderen, een man die in de mijn werkte, kilo’s per dag, zeven dagen in de week... Wie zal het zeggen? De hoop schillen werd elk jaar minder als er weer een kind het huis uitging en nadat haar man stierf was het helemaal klaar. En nu liggen er drie aardappels. Teveel voor haar maag, “Maar ik ga mijn best doen”, verzekert ze en steekt haar duim omhoog.
Als ik een dik uur later afscheid neem, drukt ze me stevig de hand. “Laat het u smaken vanavond,” zeg ik en zie haar glunderen. Terug op kantoor denk ik weer aan haar. Ik zie voor me hoe ze met haar geblokte keukenschort de klus klaart. Hoe ze met het schilmesje een voorzichtige inkeping maakt. De rest gaat als vanzelf. De schil veert zachtjes op en neer en maakt een klein dansje om vervolgens op de keukentafel te belanden. In één stuk geschild. Een prachtige, flinterdunne spiraal. Broos, maar sterk genoeg om niet uit elkaar te vallen. Net als zijzelf.
Auteur
Carolien Beaujean werkt op de afdeling Marketing en Communicatie binnen MeanderGroep. Om te kunnen schrijven over de zorg begeeft ze zich het liefst zoveel mogelijk tussen de mensen.